Skip to main content

Algemeen Overleg EU-Handelsraad

Voorzitter. Ik begin met de handelsrelatie met de zuidelijke mediterrane regio. De regering geeft aan dat Nederland met succes gepleit heeft voor intelligente conditionaliteit. Landen die vorderingen maken met betrekking tot democratisering, rechtsstaat en mensenrechten zien dit terug in meer inspanningen en middelen die de Europese Unie ter beschikking stelt. In een land als Libië bijvoorbeeld is het met de veiligheid echter heel slecht gesteld. Milities die onder de regering vallen, bevechten zelfs de politie in dat land. Amnesty International luidt de noodklok over de gewelddadigheden tegen vluchtelingen en migranten in Libië. Desondanks steunt de EU Libië met miljoenen. De EU is met 107 miljoen euro aan projecten een van de grootste donoren van Libië, zo niet de grootste.

Ondertussen heeft Libië blijkbaar zo veel euro's dat het zich een positie als 's werelds grootste donor van de Syrische rebellenoppositie kan veroorloven. Indirect steunen wij dus de jihadistische strijd in Syrië via Libië. Graag krijg ik hierop een reactie van de minister. Hetzelfde geldt in wezen ook voor Egypte, waar de heer Morsi zich tot farao kroont en Mubarak daarmee als dictator binnen een paar maanden achter zich laat. Dat lijkt toch wel bizar. De regering spreekt over intelligente conditionaliteit. Mijn fractie vraagt zich af of wij dit goed zien. Is het inderdaad de Europese intelligentie om regimes die zich zo ontwikkelen, zich zo gedragen en landen waar het zo slecht gaat met de mensenrechten, met meer te belonen in plaats van met minder? De kritische houding van Nederland ten aanzien van de fiche financiële aansprakelijkheid bij investeringsgeschillen lijkt ons logisch. Zoals het voorstel nu is, komt het er namelijk op neer dat de Europese Commissie een soort hoogste rechter wordt over de vraag of de EU dan wel een lidstaat voor de kosten van de geschillenbeslechting op moet draaien. Als een failliete of bijna failliete lidstaat zoals Griekenland, Spanje of Portugal, aansprakelijk wordt gesteld door de Commissie, wat kunnen wij dan verwachten qua betalingen? Op dit moment blijkt dit voor dit soort landen een moeilijk punt te zijn. Graag krijg ik ook hierop een reactie van de minister. Blijkens de ranglijst van de corruptiebestrijder Transparency International is Rusland in de afgelopen tien jaar geen stap verder gekomen met corruptiebestrijding. Het land bungelt een beetje onderaan in de lijst met een gemiddeld rapportcijfer van 2,5. Daarmee staat Rusland op hetzelfde niveau als Iran. Volgens een aantal deskundigen zijn de Russen meesters in het ontwijken van de regels en heeft Rusland er een handje van om internationale organisaties van binnenuit te boycotten. Nederland maakt zich onder andere zorgen over de Russische schending van tariefafspraken voor oliën en vetten die grote schade voor de Nederlandse uitvoer oplevert. Is het verstandig om het uiten van zorgen hierover geheel over te laten aan Europese Commissie? Zou de minister zelf namens Nederland Rusland hierop kunnen aanspreken in bilateraal verband? Wil de minister dit gaan doen? Ik heb een vraag over het WTO-verbod op de discriminatie tussen binnenlandse en buitenlandse bierproducten in Rusland. Worden de kansen en de belangen van Nederlandse bierbrouwers voldoende benut en beschermd in Rusland? Op de agenda staat een ambitieus investeringsakkoord met China. Er bestaat een aantal risico's met betrekking tot de economie van China. Ik citeer een econoom, een hoogleraar en onderzoeker van het Brussels Institute of Contemporary China studies. Hij zegt: schulden van bedrijven aan banken in China zijn nog nooit zo hoog geweest. De lokale overheden steken zich ook fors in de schulden. De beurs is een soort casino van overheidsbedrijven. Dit gaat goed als er meer dan 7% groei is, maar er kan een domino-effect ontstaan. Je kunt er donder op zeggen dat, als er twee bedrijven onderuitgaan, de hele staatssector meegaat. Die deskundige concludeert dat er daar in de financiële sector echt Griekse toestanden zijn. Van Griekse toestanden heeft niet alleen de PVV maar volgens mij heel Nederland zijn buik vol. Vreest de minister niet dat investeringen in China zullen kunnen leiden tot een nieuwe economische ramp, ook voor ons land, als de financiële markt in China implodeert? Hoe groot of klein schat de minister dit risico in? Het gebrek aan waarborging van de intellectuele eigendomsrechten in China schrikt veel Nederlandse bedrijven af. Op welke wijze wil deze minister aandacht vragen voor de bescherming van de intellectuele eigendomsrechten in China?