Skip to main content

Nota-overleg mensenrechtbeleid

Koningin Maxima en Saoedische kroonprins Bin Salman

Dat door de minister toestemming is verleend voor een gesprek tussen die twee, nog wel voor het oog van de camera, is een diplomatieke blunder van jewelste.
Het jaar is nog maar half om maar dit is toch wel een kanshebber voor de titel “diplomatieke blunder van het jaar” .

Nederland staat lelijk te kijk.

“Stilte, een oogje dichtknijpen, een ‘business as usual-aanpak’ richting de steeds agressievere tactieken van autocraten: dat zijn niet de kenmerken van het leiderschap dat we zouden moeten verwachten” , aldus de opsteller van het VN-rapport over de moord op Kashoggi.

Voor enkele partijen in de Tweede Kamer is dat rapport en die moord reden om te zeggen dat dat gesprek tussen Maxima en Bin Salman niet had mogen plaatsvinden.

Ook de PVV veroordeelt de laffe moord op Kashoggi. Maar voor ons geldt dat onze Koningin gewoon helemaal nooit een gesprek moet voeren met leidinggevenden van Saoedi-Arabië. Punt.

Als er al iemand uit Nederland een gesprek met die lieden zou moeten voeren, wat me niet erg aannemelijk lijkt, dan in ieder geval niet onze Koningin.

Dat dit nu toch is gebeurd, reken ik de minister van Buitenlandse Zaken en de Minister-President aan.
Wil de minister toezeggen dat leden van het Koninklijk Huis voortaan buiten dergelijke gevarenzones worden gehouden? Dus geen contacten met bij voorbeeld Saoedische of Iraanse potentaten of bij voorbeeld die prins van Pyong Yang?

Mensenrechtenrapportage 2018

Dreigt de regering van het mensenrechtenbeleid een propaganda-oorlog te maken?
Die vraag kwam bij mij op, toen ik in de inleiding van de mensenrechtenrapportage 2018 las dat een actief NL mensenrechtenbeleid nodig is om een stevig weerwoord te bieden tegen negatieve trends en narratieven.
Het autocratisch narratief moet overstemd worden, zo lees ik in het rapport. Dat lijkt dus blijkbaar onderdeel te zijn van ons buitenlands beleid. Een propaganda-oorlog.
Toch vind dit beleid dat de minister voor staat nog niet duidelijk.
Graag verneem ik van de minister welk autocratisch narratief van welke landen overstemd moet worden. Het is mij ook niet duidelijk, hoe de regering dat wil gaan doen.
Ik vraag dus de minister om ook, per land, aan te geven hoe de regering het autocratisch narratief van elk land waar dat zich voordoet, gaat overstemmen.

Ik ben reuze benieuwd, dus verwacht een uitvoerig antwoord per land:
Wat is het autocratisch narratief in elk land waar u zich op richt en hoe gaat u dat overstemmen?

Ik vraag dit, omdat ik (ook in de toekomst) graag wil kunnen meten of het geld dat de regering in dat “overstemmen” steekt, ook wat oplevert.
Ik vraag dat in het belang van de Nederlandse belastingbetalers, die het geld moeten opbrengen.

Ook vraag ik de minister om toe te lichten, hoe hij daarbij buiten de gevarenzone blijft van inmenging in binnenlandse aangelegenheden van andere staten.
We kunnen niet hebben dat onze diplomatieke relaties schade lijden, toch?

Daarmee kom ik bij het overzicht van uitgaven uit het Mensenrechtenfonds en uit andere fondsen, dat is toegevoegd aan het mensenrechtenrapport 2018.

Ik constateer dat op maar liefst 53 projecten uit die lijst van 16 pagina’s het etiket “vertrouwelijk” is geplakt. Het gaat om projecten die betrekking hebben op Venezuela, Cuba, Turkije, Soedan, Zuid-Soedan, China, Wit-Rusland, Pakistan, Iran, Azerbeidjan, Indonesië, Democratische Republiek Congo, Nigeria, Irak, Senegal, Tunesië, Egypte, Algerije, Rwanda, Syrië, Filipijnen, Rusland, Palestijnse gebieden, Mali en Costa Rica.
Op Costa Rica na, zijn het landen waarvan je je goed kunt voorstellen dat er veel te verbeteren valt op het punt van mensenrechten.
Maar wat dan? Wat wilde de regering met de gesubsidieeerde projecten daar op het punt van mensenrechten verbeteren? Wij weten het niet, want er staat een stempel “vertrouwelijk” op. Sorteert het besteden van geld aan die projecten enig effect? Ook dat blijft onduidelijk en is voor de Kamer niet te verifiëren.
Vz., dat kan toch niet? Er wordt 8,6 miljoen € weggezet in die projecten en wij weten niets en kunnen ook niets controleren.
Ik vraag de minister daarom aan de Kamer een, zo nodig vertrouwelijk, overzicht te zenden van al die projecten. Daarin moet duidelijk worden gemaakt wat het doel van elk project was, hoe het geld is besteed, bij wie het is terecht gekomen en welk tastbaar resultaat in verbetering van de mensenrechten het heeft opgeleverd.

Nou zou je kunnen denken, vz., dat projecten die het etiket “vertrouwelijk” kregen, activiteiten betreffen in landen, die door die desbetreffende staten niet worden gewaardeerd en als inmenging in binnenlandse aangelegenheden worden beschouwd. Klopt dit minister? Graag een duidelijk antwoord. Klopt dat of niet? En als het klopt, hoe kijkt de minister er dan tegen aan als die desbetreffende staten projecten in NL gaan financieren onder het kopje “vertrouwelijk”? Om, zeg maar, het narratief van de NL regering te overstemmen. Hoe beoordeelt de minister dat?

Vz., nou heb ik het gehad over die 53 vertrouwelijke projecten waar € 8,6 miljoen subsidie in werd gestoken maar in totaal is in 2018 € 157,6 miljoen besteed aan mensenrechten in het buitenland. Dat geld ging naar projecten met namen als ( bij voorbeeld):
- Nyitott Europaert Egyesület
- Mezhyhirya Festival
- Vidi Vaka
- Mandak House
- FoRB Symposium
- Team Muhafez and Basila
- Art for Grabs festival
- Handle with Care
- Civil Kollegium Alapitvany
- LeadOUT
En zo kan ik nog wel even doorgaan. Niet alle projecten zijn zo cryptisch aangeduid maar wel geldt voor alle projecten waar al dat geld aan is besteed, dat het voor burgers en ook voor Kamerleden gewoon niet inzichtelijk is:
- Aan wie dat geld precies is gegeven?
- Hoe het geld is besteed?
- Wat het project aan verbetering van mensenrechten heeft bijgedragen?

Ik vraag de minister om aan de Kamer een overzicht van al die projecten te sturen, waarin per project op deze drie vragen een duidelijk antwoord wordt gegeven.

Vz., de tastbare resultaten van alle projecten waar in totaal bijna € 158 miljoen aan is besteed in 2018, zijn in het geheel niet duidelijk.
De regering vindt kennelijk haar eigen narratief dat zij dit – ik citeer - “uit overtuiging” en “in het nationaal belang” doet, voldoende.
Voor de PVV is dit een volstrekt ontoereikende grondslag om het zuur verdiende geld van de Nederlandse belastingbetaler in het buitenland te spenderen.