Skip to main content

WGO Onderwijs en Corona MBO/HBO

Vz,

Laat ik beginnen met nogmaals onze steun en bewondering uit te spreken voor al het onderwijspersoneel en het uitstekende werk dat zij dagelijks verrichten om het mbo, de hogescholen en de universiteiten in deze uitzonderlijk moeilijke tijd draaiende te houden.
We hebben inmiddels al een reeks debatten gevoerd over de gevolgen van het coronavirus op het onderwijs, maar vandaag richten wij ons op de plannen voor het mbo en het hoger onderwijs als onderdeel van het Nationaal Programma Onderwijs.

Vz, de crisis door de uitbraak van het coronavirus is inmiddels alweer zestien maanden gaande en mede door de ervaringen die vorig jaar zijn opgedaan met het verzorgen van onderwijs op afstand, heeft het hoger onderwijs toch de onderwijskwaliteit op peil weten te houden. En dat is een verrassend gegeven. Het zegt alles over de inspanningen van onderwijspersoneel en van de studenten die zeer veerkrachtig zijn gebleken. Want er heerst een ruime mate van tevredenheid over de kwaliteit onder de studenten, maar nog belangrijker, de studieresultaten en de studievoortgang wijken niet of nauwelijks af van die van eerdere jaren.
Dat is een prestatie van formaat van het hoger onderwijs, van de docenten en van de studenten. Maar digitaal onderwijs was een noodoplossing en laat dat ook zo blijven. Want het digitale onderwijs heeft een enorme wissel getrokken op het psychische welbevinden van de studenten.
Zo stelt de LSVb dat 86% van de studenten veel minder sociaal contact heeft gehad en dat 78% van de studenten zegt dat ze minder samenwerken dan voor de pandemie. Als logisch gevolg van het gebrek aan fysiek onderwijs heeft 63% van de studenten hierdoor veel minder motivatie voor de studie.
Wij vragen de minister in dit kader dan ook om vanaf 26 augustus de 1,5 meter afstand los te laten, of niet Het verbaast ons dat het besluit pas op 13 augustus genomen gaat worden of universiteiten en hogescholen de 1,5 meter mogen loslaten. Wij vinden dat veel te laat.
Nu worden hogescholen en universiteiten gedwongen om twee scenario’s tot in detail voor te bereiden. Tot in detail, verwacht de Minister. Puur praktisch gezien lijkt ons dat niet uitvoerbaar voorzitter, zeker gezien de al hoge werkdruk in het hoger onderwijs.
Laat het niet zover komen en neem deze beslissing zo snel mogelijk, zodat het hoger onderwijs weet waar het aan toe is. Graag een reactie.

Vz, ook willen wij graag aandacht vragen voor het voornemen van het ministerie om tot 2027 ongeveer 149 miljoen euro te bezuinigen op de bekostiging van hogescholen, universiteiten en het mbo, waarbij universiteiten het meest gekort worden met een bedrag van 43 miljoen euro.
Voorzitter, zeker in het licht van de pot met geld diehet Nationaal Programma Onderwijs is, het gaat om liefst 8,5 miljard, zou je toch verwachten dat dit de kosten zou dekken.
Graag een reactie van de minister.

Ook vragen wij of het bedrag van twee maal 81 miljoen euro die het NPO beschikbaar heeft gesteld om de gevolgen van de onderzoeksvertraging te minimaliseren, genoeg is. Gezien het belang, niet alleen voor de individuele onderzoekers, maar ook voor de wetenschap zelf, vinden wij dat niet in verhouding staan tot het bedrag van 8,5 miljard in het NPO. Graag een reactie.

Voorzitter, dan over het mbo.
Ik roep bij de Minister een onderzoek van het JOB in herinnering van vorig jaar zomer. Het gaat om ‘Corona zorgt voor een blijvende verandering van onderwijs’, gepubliceerd in ‘Mbo today’, als ik het vrij vertaal betekent dat ‘Mbo vandaag’.
Uit dat onderzoek bleek dat sommige mbo-studenten best tevreden zijn over digitaal onderwijs, maar veel andere studenten veel minder. Die zijn juist zeer ontevreden over de bereikbaarheid van docenten en de onduidelijkheid ten aanzien van de roosters. In het vorige debat verwees ik al naar een uitspraak van een mbo-leerling die zei dat geen enkele leraar een heel jaar had gevraagd hoe het met haar ging.
Juist mbo-leerlingen ondervinden veel moeite om in de thuissituatie motivatie te vinden. Dit komt natuurlijk door het gebrek aan fysiek onderwijs en het ontbreken van het directe contact met de docent.
Maar dan stelt dat onderzoek toch ineens dat de toekomst van het mbo ‘’blended” is. U weet wel, ‘blended’. Dat is in het Nieuw Nederlandse hippe onderwijsjargon de aanduiding voor ‘gemengd’. Gemengd digitaal en fysiek, voor alle duidelijkheid.
Ook stellen de onderzoekers dat studenten zoudenaangeven dat zij een mix van 40% online en 60% fysiek ideaal zouden vinden.

In de eerste plaats vragen wij ons af of studenten wel de nodige kennis hebben deze (in)schatting te kunnen maken en in de tweede plaats hoe deze wens zich lijkt te verhouden tot alle problemen die juist samenhangen met het volgen van digitaal onderwijs. Wij zien in ieder geval niets in dit experiment en we vinden het een zeer ongepast streven in een tijd waarin de focus louter en alleen zou moeten liggen op het wegwerken van leerachterstanden.

In dit verband verwijs ik naar berichtgeving over het Albeda College in Rotterdam, waar verregaande plannen zijn ontwikkeld om over te gaan op een zeer fors deel online-onderwijs in plaats van fysiek onderwijs.
De berichten in de media over deze plannen veroorzaakten nogal wat ophef en ik kan me dat goed voorstellen. Overijverige managers daar, die zelf nauwelijks leservaring hebben, lijken uit te gaan van het credo ‘never waste a good crisis’ en nemen de gelegenheid waar om hun eigen invulling van de Build Back Better-agenda door te drukken.
Ik las dat bijvoorbeeld het vak Nederlands online plaats zou gaan vinden.
Hoe waardeert de Minister deze plannen? Ik zeg erbij dat ik 34 jaar op deze onderwijsinstelling het mooie vak Nederlands heb gegeven, van niveau 2 t/m niveau 4. Dus als ik zeg dat het een onzalig plan is, dan is dat gestoeld op veel ervaring, ervaring in het vak en ervaring met deze specifieke groep leerlingen. Studenten moet ik ze noemen van de taalpolitie.
Graag een reactie van de Minister. Hoe waardeert zij deze plannen en mocht zij kritisch zijn, welke mogelijkheden staan haar dan ter beschikking om het Albeda College en andere ROC’s waar dit soort cynische nieuwlichters aan de knoppen zitten, op andere gedachten te brengen. En ik hoop van harte dat zij niet wegduikt met het obligate uitspreken van “Daar gaan wij niet over”. Want als de Minister er al niet over gaat, en wij dus ook niet, wat doen we hier dan en waarom zitten we hier dan de gevolgen van de COVID-crisis te bespreken?

Wat ons betreft moet het uitgangspunt vanaf nu zijn dat fysiek onderwijs weer gegarandeerd wordt én blijft. Ook op het Albeda College.

Tot zover voorzitter.