Skip to main content

Inbreng plenair debat: wijziging van aantal onderwijswetten ivm. versterking bestuurskracht onderwijsinstellingen

Voorzitter, we hebben een probleem.
Een probleem als het gaat om de governance van onderwijs.

Ooit heeft er onder leiding van vooral de PvdA een beweging naar grootschaligheid plaatsgevonden in onderwijsland. Dat begon in het hoger onderwijs, waarna het werd overgenomen door het mbo en nu zien we dat het vo en waarachtig ook het primair onderwijs liezen voor datzelfde model. Groot, groter, grootst. De tijd dat het HDS, het Hoofd der School, naast het lesgeven in groep 8 de managementstaken er parttime bij deed is voorbij. Met een terugtrekkende overheid die vond dat het veld zelf in staat was om zichzelf te besturen, ontstond er, als een natuurlijke beweging die zelfs Darwinistisch is te duiden, een nomenklatoera van bestuurders en managers die zich maatschappelijk ondernemer waanden, allemaal uiteraard zonder ZELF risico te lopen. De risico’s worden afgewenteld op de belastingbetaler, op de lumpsum, helemaal in de traditie van de sociaaldemocratie die nu eenmaal oververtegenwoordigd is in dit veld van woningcorporaties, ziekenhuizen en onderwijs. We zien daar bestuurders met een linkse inborst die zichzelf op beloningen, bonussen en pensioenen zetten waarmee ze makkelijk uitstijgen boven ministersalarissen.We zien Maserati’s, we zien megalomane vastgoedprojecten ipv goed onderwijs, we zien nepotisme, intimidatie, ontslag van PVV-docenten, het doorspelen van lucratieve onderzoeken en opdrachten aan vrienden die dan als interimmers worden binnengevlogen vanuit interimbedrijfjes die op naam staan van de echtgenote, we zien jarenlange aanstellingen als adviseur waar geen werk tegenover staat, enz, enz. Natuurlijk zijn er veel bonafide bestuurders, heel veel zelfs. Maar ook die bonafide bestuurders slagen er niet in om de sector een betere reputatie te geven, als ze dat al zouden proberen. Het is ook onbegonnen werk vz. Want tot op het hoogste niveau is de onderwijssector gepolitiseerd en daarmee gecorrumpeerd. Allemaal ex-politici die aan het hoofd staan van de koepels, allemaal van partijen die het onderwijs heel ijverig naar de toestand geleid hebben waar het nu is. En dat zijn tegelijkertijd ook allemaal de partijen die nu, vandaag, DE ultieme oplossing voor alle misstanden uit de hoge linkse hoed toveren: medezeggenschap! Medezeggenschap gaat ons redden! Maar dan zoals het arbeiderszelfbestuur uit de communistische radenrepublieken van weleer de toenmalige economieën de nek omdraaiden. Ik tweette vanochtend: laat de schapen , de koeien en vooral meebeslissen, want het is toch ook hun boerderij. Voor de mensen die zijn afgestudeerd tijdens het competentiegerichte onderwijs; ik verwijs naar Animal farm van George Orwell. Leest u het eens. Vooral in de varkens zien we veel verwijzingen naar bestuurders in de publieke sector, al blijft een varken die in een Maserati rijdt een raar gezicht. Of in een Citroen C6 met chauffeur EN televisie, zoals ik me herinner van het faalproject Inholland.

Voorzitter, ik zeg dat de publieke sector niet te kampen heeft met een gebrek aan medezeggenschap. De onderwijssector heeft een gebrek aan moraliteit, een gebrek aan bescheiden dienstbare bestuurders, een gebrek aan zelfreinigend vermogen, een gebrek aan intern georganiseerde tegenspraak. Dat los je niet op met het verder uitbreiden van de medezeggenschap. Dat is naïef gedacht, dat is feelgood-politiek zoals de PvdA en D66 dat bij voortduring bedrijven. (kinderen van asiel, afschaffen van kleutertoets, van Cito, van selectie iha). De WMS is al een mooie wet met verregaande bevoegdheden voor personeel en leerlingen en studenten.
Aan de wet mankeert niks. Waar het NU AL misgaat met de medezeggenschap, zoals de Wet nu al is, is de praktisering van de wet: de medezeggenschap wordt niet uitputtend gebruikt, verre van dat zelfs, door onwetendheid, door een informatieachterstand die MR’en hebben, door een gebrek aan expertise. Mag ik een voorbeeld geven vz? D66 wil een wettelijke verplichting voor bijna alles, voor de uithoeken van het onderwijsbedrijf en de medezeggenschap. Gisteren ging D66 zover om het vo wettelijk te verbieden inzage te vragen in testjes en werkjes van scholieren die naar hun school verwezen zijn. Dat is Haagse regelzucht die we eigenlijk alleen van de socialistische partij kennen vz. Nu wil hij dat MR’en de wettelijke bevoegdheid krijgen om mee te schijven aan het jaarverslag. Maar dat vereist expertise vz, dat vereist tijd en inspanning, dat vereist een schaduwcollege van bestuur, naast het echte CvB.
Vz, de WMS fungeert nu al als wettelijk instrument waar in de praktijk nauwelijks gebruik van wordt gemaakt. Met de stroom van amendementen die we vandaag zien uit de hoek van de socialisten en de D66 wordt de medezeggenschap er niet beter op, wel onoverzichtelijker, wel i9ngewikkelder en bovendien versluiert het de scheiding der machten. Als personeel, studenten en ouders instemmingrecht krijgen op strategische beslissingen is bij het falen van een school als ROC leiden iedereen een beetje schuldig en dus niemand in het bijzonder.

Bovendien, voorzitter, is er in ALLE onderwijswetten een bepaling over wanbeheer opgenomen. Wanbeheer leidt ertoe dat de minister van OCW een ‘aanwijzing’ kan geven in juridische termen. De regeling over wanbeheer richt zich zowel tegen bestuurders als tegen toezichthouders. Zie ook het voorbeeld uit de WHW, het artikel is van toepassing op universiteiten:

• Artikel 9.9a. Aanwijzing
o 2. Onder wanbeheer wordt verstaan:
 a. financieel wanbeleid;
 b. ernstige nalatigheid om, in ieder geval in strijd met artikel 1.18, maatregelen te treffen die noodzakelijk zijn voor het waarborgen van de kwaliteit en goede voortgang van het onderwijs aan de instelling en om te voorkomen dat de kwaliteit van het stelsel van wetenschappelijk onderwijs in gevaar komt;.
 c. ongerechtvaardigde verrijking, al dan niet beoogd, van de rechtspersoon die de instelling in stand houdt, een bestuurder of toezichthouder zelf dan wel een derde;
 d. onrechtmatig handelen waaronder wordt verstaan het in de hoedanigheid van bestuurder of toezichthouder handelen in strijd met wettelijke bepalingen waarmee financieel voordeel wordt behaald ten gunste van de rechtspersoon die de instelling in stand houdt, een bestuurder of toezichthouder zelf dan wel een derde, en
 e. het in ernstige mate verwaarlozen van de zorg voor wat door redelijkheid en billijkheid wordt gevorderd in de omgang met betrokkenen binnen de instelling, waaronder wordt verstaan intimidatie of bedreiging van personeel of studenten door een bestuurder of toezichthouder.

Daarnaast is voor de Raad van Toezicht ook een wettelijke taak weggelegd bij het rechtmatig besturen van instellingen. De raad van toezicht kan de leden van het College van Bestuur (de daadwerkelijke bestuurders van een onderwijsinstelling) ontslaan of schorsen. Voor wat betreft het hoger onderwijs, het MBO en het voortgezet onderwijs moeten bestuurders bovendien voldoen aan een branchecode voor goed bestuur.

Kortom, er ligt al heel veel op tafel wat de minister KAN doen. Waarom doet zij dat dan niet?, vraag ik de minister via U voorzitter. Waarom wentelt u samen met de PvdA en de SP en D66 uw eigen verantwoordelijk af op het personeel, de studenten en de ouders. Als u de bestuurderskliek van het onderwijs niet in het gareel kunt krijgen, kunnen zij dat dan wel? Door de WMS met al deze toeters en bellen uit te breiden , hebben we straks alleen maar een NOG groter probleem; want dan verdwijnen de schuldigen in de mist. Is de minister dat met mij eens? Graag een reactie.

Het probleem is niet een gebrek aan wettelijke middelen voor de minister of een gebrek aan medezeggenschap. Het probleem is een probleem van moraliteit bij bestuurders. De PVV ziet één oplossing voor dit probleem voorzitter: na alle structurele financiële incidenten en wanbeheer op allerlei onderwijsinstellingen (Amarantis, Inholland, IBN Ghaldoun, ROC Leiden etc.) die met de juiste uitoefening van de medezeggenschap zoals die er nu ligt, veel eerder aangekaart en misschien zelfs opgelost hadden kunnen worden, is het nu hoog tijd om de persoonlijke aansprakelijkheid van bestuurders en verantwoordelijke te regelen als sanctie. Maar dan moet waar WEL gebruik van gemaakt worden. Mijn fractie is ervan overtuigd dat de daders (bestuurders, Raad van Toezicht, Raad van Commissarissen etc.) persoonlijk aansprakelijk gesteld zouden moeten worden voor ‘structureel aantoonbaar bestuurlijk en financieel falen’ binnen onderwijsinstellingen. DAN pas zal er zelfreflectie komen en voorzichtig en verantwoord bestuurlijk handelen. ZO voorkomen we wanbeheer. Niet met pappen en nathouden middels de WMS die in de praktijk weinig voor elkaar krijgt. Vz. ik was voornemens een amendement over de persoonlijke aansprakelijkheid in te dienen, maar naar horen zeggen is het lid Jasper van Dijk ook al van plan amendement in te dienen met dezelfde strekking en deze volstaat prima.

Dank, voorzitter.