Skip to main content

AO VMBO & MBO

Vz, de plannen van het kabinet ten aanzien van het vmbo en mbo ademen ambitie. En dat is goed. Er gebeurt veel en we volgen dat met veel belangstelling. De RIF, de ‘Regeling regionaal investeringsfonds mbo’ is noodzakelijk om de samenwerking tussen mbo-scholen en regionale partners te blijven stimuleren.
Daar zijn wij altijd al een groot voorstander van geweest. Het scherpt de doelmatigheid van opleidingen aan. Sinds 2014 wordt door middel van de ‘Regeling regionaal investeringsfonds mbo’ (RIF), de samenwerking tussen mbo-scholen en regionale partners gefaciliteerd en gestimuleerd. De minister heeft besloten hier een vervolg aan te geven voor de jaren 2019-2022. Ook trekt het kabinet structureel € 100 miljoen uit voor techniekonderwijs op het vmbo. En dat is nodig voorzitter. Tal van bedrijven hebben dringend behoefte aan goed opgeleide vakmensen. Vakmensen die van het vmbo komen.
Dat deze situatie steeds ernstigere vormen begint aan te nemen, blijkt wel uit het feit dat wij binnen een paar jaar 120.000 vakmensen nodig hebben. Dat is nogal een aantal voorzitter.
De versterking van het technische vmbo is dan ook noodzakelijk om te kunnen anticiperen op een toename van de vraag naar goed opgeleid technisch personeel, maar ook op dalende leerlingenaantallen binnen krimpregio’s, maar ook elders.

Vz, wel hebben wij problemen met de overdreven focus op 21e eeuwse vaardigheden.
Wat zijn die vaardigheden eigenlijk? Kan de minister ons een werkdefinitie geven van 21e eeuwse vaardigheden?
Uiteraard dient het mbo in te blijven spelen op innovaties en ontwikkelingen binnen de beroepspraktijk, maar het is vooral een modebegrip geworden binnen het gehele onderwijs.
Er wordt nu namelijk de indruk gewekt dat het mbo louter bestaat uit een stel digibeten die onwetend zijn over de laatste ontwikkelingen binnen de beroepspraktijk.
Natuurlijk kan het weinig kwaad om in te blijven zetten op het up-to-date houden van de laatste digitale en technologische ontwikkelingen maar er wordt door de overdreven focus op zogenaamde 21e eeuwse vaardigheden, een beeld geschetst dat afbreuk doet aan de werkelijkheid.

Dat het kabinet structureel € 100 miljoen uittrekt voor het techniekonderwijs op het vmbo, is een stap in de goede richting.

Vz, de doorstroom naar het mbo is van belang om voldoende goed opgeleid technisch personeel te hebben die aan de vraag naar deze vakmensen kan voldoen.
De aansluiting van het vmbo op het mbo is toe aan meer sturing en duidelijkheid. Het was zo dat leerlingen op kleine, overzichtelijke vmbo’s hun diploma haalden, waarna ze instroomden in de leerfabrieken die de ROC’s zijn. Juist leerlingen op niveau 2 verdwalen daar hopeloos; deze leerlingen zijn perse niet bestand tegen de grootschaligheid, de manier van werken die geen CGO meer heet maar het wel is, en waarbij deze leerlingen zelf initiatieven moeten nemen om hun leertraject op orde te krijgen; ze zijn niet bestand tegen de dominante straatcultuur die door de niveaus 1 en 2 de ROC’s wordt binnengebracht.
Voorzitter, wat in 2008 begon als een experiment, de VM2-trajecten, waarbij leerlingen op niveau 2 op hun eigen vertrouwde vmbo al begonnen met hun mbo2-opleiding, wordt nu doorontwikkeld. Van een experiment naar vakmanschapsroutes niveau 2 en technologieroutes niveau 4. En deze routes zijn succesvol, vz. Er is significant meer doorstroom naar het mbo dan zonder deze mooie doorlopende leerlijn. Wat de PVV betreft kan de uitbreiding van deze manier van werken niet snel genoeg gaan. Het is DE manier om het problematische niveau 2 aan de hand te houden en geleidelijk los te laten in de ROC’s.

Ik geloof erin dat we niveau 2 uiteindelijk landelijk zouden moeten onderbrengen in deze manier van werken. Het is goed voor de doorstroom, het bestrijdt de uitval en niet in de laatste plaats ontlast het de ROC’s van een probleem waarmee zij helemaal niet kunnen werken. Zij zijn ten ene male niet in staat om het pedagogisch klimaat neer te zetten dat deze leerlingen nodig hebben. Nu is het zo dat de entree-opleidingen funest zijn voor de reputatie van het mbo. Juist daar vinden we de straatcultuur in optima forma, die veel ouders en mbo’ers enorm afschrikt. Wil de minister daar een reactie op geven?

Nog een laatste opmerking vz. Over niveau 1 hebben we het niet gehad. Nog meer dan niveau 2 is deze absolute entree-opleiding een fremdkorper in de ROC’s dat veel schade aanricht aan de uitstraling van het mbo. Wordt het niet eens tijd, vraag ik de Minister, om niveau 1 weg te halen uit de ROC’s en onder te brengen in een aparte voorziening?


Vz, gezien de grote vraag naar goedgeschoold personeel lijkt het ons zeer onverantwoord dat het kabinet voornemens is om in de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) te gaan snijden. Wij zijn normaliter de laatste partij die een lans breekt voor subsidie maar de subsidieregeling praktijkleren kan wat ons betreft voortgezet worden. De problemen die nu spelen verhouden zich slecht met het beëindigen of afbouwen van deze subsidieregeling. Zeker gezien het gegeven dat de grootste lerarentekorten te vinden binnen de technische vakken in het vmbo en mbo.

Vz, wij hebben met interesse kennisgenomen van het rapport van de Ombudslijn MBO. Gezien het lage aantal klachten rijst bij ons de vraag of mbo-leerlingen überhaupt de Ombudslijn kennen? Hoe kan het anders dat er zo weinig klachten zijn? Graag een reactie van de minister.

2e termijn:

Sinds 2016 heeft het mbo een kwalificatiestructuur van een basis- en een profieldeel van 85% Daarbovenop komt dan nog voor 15% de keuzedelen.
De plus op de kwalificatie, maar er zijn problemen, blijkt uit een evaluatie in 2017.
En dat is niet zo gek voorzitter:

513 verbredende keuzedelen
55 verdiepende keuzedelen
861 keuzedelen zonder certificaat

Vz, dat is onwerkbaar. Dat zorgt voor een enorme administratieve last voor de ROC’s. Graag vraag ik de aandacht van de minister hiervoor. Hoe gaan we die chaos aan keuzedelen saneren?

Tenslotte vz. Ik viel erover dat de minister suggereert dat het mbo een slechte reputatie heeft omdat politici zoals ik de ROC’s in een kwaad daglicht stellen. Blaming the messenger, zeg ik dan. Ik herinner de minister aan het ontluisterende beeld dat oprees uit een artikel in de Telegraaf.
In Rotterdam Alexander, een grote ROC-vestiging waar ik goed bekend ben: seks in de wc’s, drugshandel, geweld, intimidatie, leraren die alleen in de klas zitten of lesgeven in de kantine omdat leerlingen weigeren naar een lokaal te gaan. En dat ondanks 15 geüniformeerde beveiligers. Ik zou er moeite mee hebben om mijn kind daar naar school te laten gaan.
Als ik dat benoem, doe ik even niet mee met de goed-nieuws-show van de minister. Maar wij zijn controleurs van de regering en ik acht het mijn taak om dit te blijven signaleren, of de minister dat nou leuk vindt of niet. En mijn oproep aan de minister is om hier niet van weg te kijken, maar om alles in het werk te stellen om dit soort zaken uit te bannen. Want aan het eind van de dag zijn u en ik verantwoordelijk voor dit klimaat dat een school onwaardig is.