Skip to main content

AO Leraren

Vz,

Deze week een column in Trouw van Naomi Smits. Titel: “Een dijk van een leerkracht”. Een vriendin vertelt de schrijfster dat ze gaat stoppen met het onderwijs. Citaat: “Geschrokken kijk ik haar aan. Stoppen? Dit meent ze niet. Mijn lieve enthousiaste betrokken en bevlogen vriendin die jarenlang haar leerlingen wist te verwonderen, uit te dagen en hun talenten te ontwikkelen gooit de handdoek in de ring?” Het antwoord was: “Ik kom gewoon niet meer aan lesgeven toe.” Ze vertelt over de hele dag brandjes blussen, de vele overleggen met externe instanties over al die zorgleerlingen, de boze mails van ouders en de gesprekken met die ontevreden ouders. Klaar is ze ermee. Mooiste citaat: “Ik wil gewoon lesgeven, ik wil ze iets leren.”

Voorzitter, nergens in de overwegingen van deze dijk van een juf gaat het over salaris. Dít zijn haar overwegingen. Ik herken dat zeer. Ik had een prachtberoep, ooit. En de HOS-nota waar ik slachtoffer van werd, jarenlang de nullijn, de hogere schaal die ik had verdiend met eigen inspanningen die ging naar een collega vanwege anciënniteit, ik vond het allemaal vreselijk irritant, maar het verjoeg mij echt niet uit het onderwijs.
Waar het mis ging, was de aantasting van mijn autonomie als docent, mijn waardigheid als lesgever en als pedagoog. Want die werden met de verzakelijking die “de mannen in pakken” de school in brachten met het jaar verder uitgehold. Dát heeft de mensen de school uitgejaagd. En dat zorgt er vandaag voor dat we te maken hebben met dit grote lerarentekort, zo groot dat er sprake is van een systeemcrisis.

Natuurlijk is koopkracht belangrijk, maar deze regering weigert in te zien dat de gigantische onderwijspolder, met al die overbodige managers, ZELF verantwoordelijk is voor de malaise van het lerarenberoep. Het kopiëren van het governancemodel van het bedrijfsleven heeft van het onderwijs een koude, afstandelijke werkplek gemaakt waar de leraar is gedegradeerd tot een veredelde procesbegeleider. Daarom is er nog maar weinig animo is voor het beroep. Vooral in de grote steden komen daar de problemen bij die de massa-immigratie met zich meebrengt: agressie, gebrek aan discipline, intimidatie door leerlingen en ouders en de enorme taal- en leerachterstanden die vooral islamitische leerlingen met zich meebrengen.

Voorzitter, leraren vandaag de dag worden te veel opgezadeld met opvoedingstaken waar ouders verantwoordelijkheid voor dienen te dragen. De PVV wil dan ook dat leraren weer gewoon leraren zijn. Het overbrengen van kennis moet weer centraal staan. We pleiten ervoor om nu eindelijk te stoppen met al die overbodige onderwijsvernieuwingen die gebaseerd zijn op allerlei varianten van het zelfontdekkend leren. Stop met Curriculumnu; het heeft geen draagvlak, niemand heeft ervan gehoord behalve the usual suspects die altijd hun kans afwachten om hun destructieve invloed te laten gelden. Onderwijsveroudering in plaats van -vernieuwing hebben we nodig. We moeten de directe instructie als didactisch instrument in ere herstellen: kennisoverdracht door de leraar en daarop volgend instructie bij de opdrachten die daarbij horen, de uitwerking door de leerlingen daarvan en afsluitend de evaluatie. Met deze didactiek wordt de regie van het onderwijsleerproces weer bij de leraar gelegd. Dit is bovendien wetenschappelijk bewezen de meest effectieve didactiek (juist ook voor achterstandsleerlingen) en ook nog eens de reden waarom mensen kiezen voor het onderwijs. Als we dát doen in plaats van het zo geruisloos mogelijk doordrukken van die volgende onderwijsvernieuwing Curriculumnu , dan is er een kans dat we deze crisis tot een goed einde kunnen brengen. Met onderwijsveroudering ipv van -vernieuwing hadden we dat beschamende rekendossier niet hier gehad, hadden we niet tot noodmaatregelen hoeven overgaan zoals het afschaffen van de tafels, de staartdeling, de breuken deze week, hadden onze leerlingen nog kunnen spellen, stellen en lezen, hadden ze nog een idee gehad van onze chronologische geschiedenis, hadden ze hun topografie nog beheerst en hadden ze dus geweten hoe hun eigen woonplek in de wereld is gesitueerd.

Voorzitter, ik voorspel dit. Als alle betrokkenen, van de minister en de Tweede Kamer, de leraren zelf en hun vertegenwoordigers niet onderkennen dat het niet zozeer de salariëring is, hoe belangrijk ook (en ik wens de betrokken organisaties alle succes met hun strijd voor een beter loon), dan wordt deze crisis van het lerarentekort NIET opgelost. Van deze regering heb ik wat dat betreft niets meer te verwachten. Deze bewindslieden van dit buitengewoon zwakke kabinet zijn niet in staat om relatief kleine problemen tot een goed einde te brengen. Denk aan het drama rond het rekenonderwijs van gisteren, denk aan het lerarenregister. De ministers ontlopen hun politieke verantwoordelijkheid, ze schuiven die zelfs af via bestuursakkoorden naar dat vreselijke middenveld dat niemand vertegenwoordigt behalve zichzelf en de eigen carrières. Deze ministers schaffen zichzelf af via bestuursakkoorden met organisaties die door niemand gekozen zijn en dus geen enkel mandaat hebben. Maar die wel als enige verantwoordelijk zijn voor deze onderwijscrisis. De regering gaat het lerarentekort niet oplossen. Ze zijn zelfs te onmachtig om de echte oorzaken te analyseren.

Dat doe ik dus maar: wat er moet gebeuren is het herstel van de kernvakken rekenen en wiskunde en taal en techniek. De herwaardering van kennis, de herwaardering van de didactiek van de directe instructie, met daarin geïncorporeerd alle digitale techniek die beschikbaar is, zeg ik er bij voor al die kritische lichten die van mijn verhaal per se een karikatuur willen maken door te stellen dat ik er voorstander van ben dat leraren 50 minuten lang een klas platpraten. Geen vernieuwingen meer, het afbouwen van al die opvoedingstaken die van de huiskamers naar de school verschoven zijn, het afbouwen van de veel te grote aanwezigheid van de ouders in de school, het herstellen van het vertrouwen van de ouders en de samenleving als geheel in de school en de leraren, het herstellen van het gezag van de leraar en de school. Een paradigmaverandering hebben we nodig voorzitter. Het oplossen van deze systeemcrisis in het onderwijs begint pas bij het onderkennen van deze analyse.