Interpellatie uitvoering motie weigering Geert Wilders - Spreektekst

Inbreng Geert Wilders tijdens het interpellatiedebat over het niet uitvoeren van een motie over de weigering van het Verenigd Koninkrijk om toegang te verlenen aan het lid Wilders.

Mevrouw de voorzitter.

Gordon Brown is, zoals u weet, de grootste lafaard van Europa. Maar premier Balkenende en minister Verhagen zijn goed voor een gedeelde tweede plaats. Goed voor de zilveren medaille. En dat terwijl Nederland in deze crisistijd geen lafaards, maar leiders nodig heeft.

Voorzitter, we wisten al dat de premier en de minister van Buitenlandse Zaken graag bereid zijn ons meest dierbare grondrecht – de vrijheid van meningsuiting – te slachten op het altaar van de islam om boze moslims te plezieren. We wisten al dat, nadat hem bekend werd dat een democratisch gekozen Nederlandse parlementariër de toegang door het Verenigd Koninkrijk, nota bene een ander EU-land, ontzegd zou worden, minister Verhagen weigerde de Britse ambassadeur te ontbieden. We wisten al dat het kabinet niet bereid was van de Britten te eisen dat walgelijke besluit terug te draaien. We wisten al dat toen vorig jaar de Indonesische president riep dat ik Indonesië nooit meer in zal komen, het kabinet oorverdovend stil bleef.

Maar, Voorzitter, inmiddels weten we ook dat dit kabinet naast de vrijheid ook de democratie aan haar laars lapt.

Dat dit kabinet de door een overgrote Kamermeerderheid aangenomen motie – alleen het Christen Dhimmi Appel, zoals we het CDA tegenwoordig beter kunnen noemen, stemde tegen – van drie van mijn collega’s, waarin het kabinet wordt opgeroepen de Britse weigering bij de eerst denkbare raadsbijeenkomst van de EU formeel aan de orde te stellen, dat het kabinet deze motie weigert uit te voeren, dat het kabinet deze motie niet uitvoert, is niet alleen ongepast, is niet alleen ongehoord, is niet alleen onbestaanbaar, is niet alleen onacceptabel, maar is ook onaanvaardbaar.

En daarom, Voorzitter, dien ik, namens de gehele PVV-fractie, de volgende motie in: 

De Kamer, gehoord de beraadslaging, zegt het vertrouwen in de minister-president en de minister van Buitenlandse Zaken op, en gaat over tot de orde van de dag.

Deze motie is mede-ondertekend door de leden Agema, De Roon, Brinkman, Bosma, Graus, Madlener, Van Dijck en Fritsma.

Dank u wel.

Klik hier voor de door de PVV tijdens dit debat ingediende motie