Kamervragen aan premier Schoof en ministers van Buitenlandse Zaken en Defensie over sabotage Nordstream en rol Oekraïne.
Kamervragen van de leden Wilders, De Roon en Pool (allen PVV) aan de Minister-President, de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister van Defensie over het nieuws dat een internationaal aanhoudingsbevel uitgevaardigd is tegen een Oekraïner die bij de aanslagen op Nord Stream betrokken zou zijn.
1. Ben u bekend met het bericht ‘Internationaal aanhoudingsbevel tegen Oekraïner om Nord Stream-sabotage’?[1]
2. Wat is uw oordeel over dit bericht waaruit blijkt dat er een internationaal arrestatiebevel is uitgevaardigd door een Duitse rechter tegen een Oekraïner die betrokken zou zijn bij de aanslag op Nord Stream en twee andere Oekraïners die ook als verdachte zijn aangemerkt? Wilt u een uitgebreide reactie geven op deze ontwikkelingen? Zo nee, waarom niet?
3. Deelt u de mening dat de aanslag op de ook voor ons relevante energie-infrastructuur een zeer ernstig misdrijf is ook tegen essentiële belangen van de Nederlandse Staat met grote gevolgen ook voor de Nederlandse samenleving en dat alles in het werk moet worden gesteld om de verantwoordelijkheid daarvoor te achterhalen? Zo nee, waarom niet?
4. Denkt u dat Oekraïne achter deze aanslag zit? Heeft u of hebben de Nederlandse inlichtingendiensten eerder signalen ontvangen over mogelijke betrokkenheid van Oekraïne? Zo ja, wanneer heeft u die informatie precies ontvangen, waar bestond die uit en wat heeft u daar precies mee gedaan en wanneer?
5. Bent u het ermee eens dat, als Oekraïne inderdaad achter deze aanslag zou blijken te zitten, dit niet zonder gevolgen kan blijven als het gaat om de relatie van Nederland met Oekraïne? Bent u bereid die relatie dan te heroverwegen? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?
6. Bent u bereid deze vragen nog deze week te beantwoorden?