Skip to main content

Spreektekst bij het Algemeen Overleg met de minister van Defensie over de Informele Europese Defensieraad

Eerste termijn

Wij praten vandaag over de EU informele bijeenkomst van ministers van Defensie en de plannen voor verdere Europese samenwerking. Hun collega-ministers van Buitenlandse Zaken hebben vorige week al het politiek-voorbereidende werk verricht met hun informele Reflectiegroep “Toekomst van Europa.” Conclusie daarvan was: een Europese politieke unie met een Europese regering, een Europees leger en gezamenlijke grenscontroles moet er zo snel mogelijk komen.

De onafhankelijkheid van Nederland wordt op dit moment op alle mogelijke manieren bedreigd. Ook Defensie is een belangrijk doelwit voor de eurofielen. De Nederlandse regering doet hier vrolijk aan mee. Minister Hillen heeft vóór het zomerreces al aangegeven een deel van de Nederlandse soevereiniteit te willen opgeven. In het advies van de Algemene Adviesraad Internationale Vraagstukken aan het kabinet wordt zelfs beschreven dat “het belang van gedeelde Europese soevereiniteit in werkelijkheid groter is dan dat van de (ongedeelde) nationale soevereiniteit." Wat is begonnen met de Europese Defensietop in Gent (2010) zal moeten eindigen met een Europees leger. Dit is de heersende consensus onder de elite van vrienden van de politieke Europese Unie.

Onze fractie wil dat Nederland zich zo snel mogelijk terugtrekt uit militaire EU-verbanden. Vergis u niet: wij zijn wel voorstander van internationale samenwerking, maar wijzen erop dat samenwerking niet mag leiden tot het verlies van zeggenschap over onze eigen krijgsmacht. Het beslissings- en beschikkingsrecht over de inzet van onze krijgsmacht moet altijd in Nederlandse handen blijven.

De weg naar een Europees leger is ook compleet onnodig. Nederland heeft al succesvolle bilaterale samenwerkingsverbanden. Bijvoorbeeld met de Britten (mariniers) en de Belgen (opleiden en onderhoud fregatten). Deze samenwerkingsverbanden bieden (kosten)voordelen, maar leiden niet tot verlies van soevereiniteit. Nederland is daarnaast lid van de NAVO. Waar hebben wij een EU en een Europees leger voor nodig?

Het clubje ministers van Buitenlandse Zaken heeft ook aangedragen dat binnen het Europees Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid vaker beslissingen bij meerderheid moeten worden genomen. Het vetorecht moet zelfs worden afgeschaft. Eén Europees defensiebeleid, één Europese defensiemarkt en één Europees leger dat is het ultieme doel. Wil minister Hillen dit ook? Wil hij uiteindelijk naar een Europees leger? Graag een simpel “Ja” of “Nee”.

Op dit moment vindt er een civiele EU-missie plaats in de Sahel. De minister stelt dat Nederland vooralsnog niet deelneemt aan deze missie, maar de EU-strategie wel steunt. Mogelijk worden de EU-activiteiten uitgebreid naar aanleiding van de militaire coup in Mali. De EU wil de Malinese overheid en Ecowas (Economic Community of West African States) steunen bij het oplossen van het conflict in het noorden van het land. Mijn vraag aan de minister: Houdt de regering rekening met een Nederlandse bijdrage bij de civiele missie EUCAP in de Sahel? Wat betekent hier het woord “vooralsnog?” Zo ja, welke bijdrage heeft de minister voor ogen? Graag een reactie.

Vz, ik kom op het volgende punt, de EU battlegroups. “Use them or lose them, zo werd in het verleden vaak gesteld door de VVD. De PVV zegt daarop “Lose them and save money.” De Nederlandse militaire bijdrage aan de EU-battlegroups moeten zo snel mogelijk worden gestaakt. Niet alleen vanwege het EU-karakter, maar ook vanwege het feit dat nog nooit een EU-battlegroup is uitgezonden en zij dus feitelijk overbodig zijn. Ook nemen tal van Europese landen de Battlegroups niet serieus. Zij laten verstek gaan, er vallen gaten in de vulling en ook de lastenverdeling is ongelijk. Nu heeft de minister de Nederlandse inzet aangeduid in zijn brief. Kan hij ook iets zeggen over de toezeggingen van andere landen? Graag een reactie.

De PVV heeft het al vaker aangegeven. Wij vinden het onwenselijk dat Turkije, hoewel geen lid van de EU, wel lid is van een EU-Battlegroup, terwijl zij zich vijandig en agressief uitlaat over Cyprus en Israel. Wat ons betreft hoeft Nederland geen bondgenoot te zijn van dit Turkije. De overeenkomst die minister Hillen in mei van dit jaar heeft getekend over de versterking van militaire samenwerking met Turkije, mag wat ons betreft ook meteen de prullenbak in.

Dank u wel.

 

Tweede termijn

Voorzitter. Over de piraterijbestrijding zegt de minister: Nederland zal de reders bedienen op een manier waaraan zij behoefte hebben. Dat klinkt ook goed, maar de reders hebben dat natuurlijk al lange tijd gehoord en het duurt allemaal nogal lang. De intentie van de minister op dit punt wil ik niet in twijfel trekken, maar ik zeg wel dat mijn fractie dit onderwerp heel kritisch zal blijven volgen. Dat doet zij ook, omdat wij hebben geconstateerd dat de piraterij in de wateren bij Somalië is afgenomen en dat dit voor een belangrijk deel is gebeurd omdat heel veel schepen inmiddels private beveiligers aan boord hebben. Er zijn veel meer private beveiligers dan mariniers aan boord van de koopvaardijschepen daar. Daarmee wil ik niets afdoen aan de kwaliteit van de inzet van mariniers bij de beveiliging tegen piraterij. Die kwaliteit is wat mij betreft ongetwijfeld top. Ik kijk echter naar het grote plaatje. Als ik dat doe, moet ik constateren dat de piraterij zo te zien vooral terugloopt omdat op de meeste schepen private beveiligers zijn.