Skip to main content

PVV: Minister, waar blijven uw daden?

Begroting jeugd en gezin: Fleur Agema 

Vorig jaar typeerde ik de minister voor Jeugd en Gezin – minister Rouvoet – als “lief en naïef” maar ik wist niet dat het zo erg was!

Nu we bijna twee jaar op weg zijn is overduidelijk dat dit kabinet ondanks de aanwezigheid van een speciale minister voor Jeugd en Gezin, puntje bij paaltje net zo ineffectief en zelfs inefficiënter is in het oplossen van de problemen als voorgaande kabinetten – die geen speciale minister hadden. Het had er het afgelopen jaar meer van weg dat de problemen rond jongeren een nieuw dieptepunt bereikten dan dat er voortvarende stappen werden gezet.

De jeugdzorg kwam weer uitgebreid op negatieve wijze in het nieuws: oplopende wachtlijsten, bestuurlijke chaos, schandalig salarissen voor bestuurders en hoge vertrekpremies voor falende managers.

Met de overlast – waarbij Marokkaanse probleemjongeren zich weer eens negatief wisten te onderscheiden – wordt het gekker en gekker. Zelfs een lampionnenoptocht voor kinderen van drie en vier jaar blijft de straatterreur niet bespaard. Ik wens alle kinderen die nu op dit moment de straat op gaan voor het traditionele lampionnenfeest Sint Maarten heel veel plezier en ik hoop dat alles goed gaat.

Jeugdbendes schieten als paddenstoelen uit de grond en onder bepaalde groepen jongeren zijn volstrekt bizarre patronen van seksualiteit ontstaan, met de nog steeds voortwoekerende loverboyproblematiek als meest weerzinwekkende uiting.

En ondertussen stromen in alle vormen van jeugdhulpverlening de cliënten massaal toe. Toen minister Rouvoet aantrad stonden er 414 kinderen op een wachtlijst voor jeugdzorg een jaar later 4100 en nu is de wachtlijst dwars door de 6000 heen geschoten. Dat staat los van de wachtlijsten voor onder meer de jeugd-GGZ, collega Dibi rekende ons al eens voor dat zo’n 30.000 kinderen op enige vorm van zorg wachten.

Het ergste van de aanhoudende chaos in de jeugdzorg is nog wel dat door de enorme toestroom van cliënten en de overbelasting die dat met zich meebrengt broodnodige verbeteringen in de bestrijding van kindermishandeling in de knel komen. Zo bleek onlangs uit een rapport van Inspectie dat er zes jaar na de dood van Savannah nog altijd kinderen worden teruggeplaatst in thuissituaties waarvan niet duidelijk is of die veilig genoeg zijn of niet.

Een effectieve bestrijding van de mishandeling en verwaarlozing van kinderen, dat is de kerntaak van de jeugdzorg. Niet de caseload maar de paperload moet teruggebracht worden en zware gevallen moeten eerst geholpen worden.

Welk nut heeft het om een speciale minister voor Jeugd en Gezin te verzinnen als we gewoon doorgaan op het pad van pappen en nathouden? Waar de aanhoudende problemen rond de jeugd om schreeuwen is daadkrachtige regie.

Waarom komt er geen einde aan de subsidiëring van onzinprojecten zoals cursussen stuntrijden voor crimineel scootertuig – Vz, wie verzint zoiets? – of vechtsport voor allochtonen. Alsof er in dit land een tekort bestaat aan allochtone vechtmachines.

Het liefst zou de PVV-fractie zien dat deze minister werk maakt van het aanpakken van de bronnen van onaangepast gedrag door jongeren. Waar blijft een concreet beschavingsoffensief om de agressieve straatcultuur die in dit land wortel heeft geschoten te doorbreken?

Maar tot het moment dat de destructieve cultuur waarin veel jongeren opgesloten zitten wordt doorbroken, is toezicht de enige effectieve methode van preventie. Stop het geld dat bespaard wordt door het staken van onzinprojecten en hopeloos hulpverleneren in concreet toezicht op straat.

Maak daarnaast van de campussen een goedkope en effectieve manier om bij herhaling overlast veroorzakende jongeren te verwijderen uit de buurten die ze met hun wangedrag terroriseren door ze in een gecontroleerde omgeving een vak te leren of discipline bij te brengen. Stop de pilots, start het echte werk! Maak van de campussen geen luxueuze instellingen, waar de welzijnsmaffia zich mag uitleven in het soort vage maar peperdure methodieken waar ze al decennialang geen enkel aantoonbaar resultaat mee bereikt. De bedoeling van die campussen was nu juist dat de jeugdcriminaliteit met 25% wordt teruggebracht. Dan wordt het wel tijd om de poorten nu echt snel te openen, voorzichtigheid is niet geboden maar daadkracht!

Deze minister maakt zich volkomen terecht druk over de bizarre patronen van seksualiteit die in bepaalde lagen van de bevolking onder jongeren zijn ontstaan en het verknipte vrouwbeeld dat daarmee gepaard gaat. Maar waar blijven zijn daden?

De PVV roept deze minister op om zich te richten op de meest weerzinwekkende uiting van dat gestoorde patroon van seksualiteit, de nog steeds onverminderd voortwoekerende loverboyproblematiek. Dat is een onderwerp dat schreeuwt om strakke centrale coördinatie en een heel wat hogere prioriteit dan quasiverheven onzindoelstellingen als het bevorderen van politieke participatie van jongeren. Alleen al in Friesland vielen vorige maand 76 meisjes in handen van deze schurken en dat zou slechts het topje van de ijsberg zijn. Het exploiteren van meisjes en vrouwen is big business voor de gewetenloze Joran van der Sloots van deze wereld. Oppakken, financieel kaalplukken, opsluiten en bij een dubbel paspoort denaturaliseren en uitzetten.

Laat deze minister, in samenspraak met zijn collega-bewindslieden, een aanvalsplan opstellen met aandacht voor alle zaken die voor een effectieve bestrijding van dit verschijnsel nodig zijn, zoals gerichte voorlichting aan alle meisjes, een veel hogere strafmaat, minimumstraffen, opvang van slachtoffers, bestrijding van het verknipte vrouwbeeld dat in bepaalde kringen bestaat en het verhoging van de prostitutieleeftijd. Bij dat laatste is het bespottelijk dat minister Hirsch Ballin nu weer een half jaar gaat studeren op dat idee dat ik op 5 juli 2007 voor het eerst opperde en hij er nu weer een half jaar voor nodig heeft om erover na te denken. Waar moet hij nog over nadenken? Meisjes van 16 en 17 jaar en jonger moeten beschermd worden tegen het tuig dat erop uit is om hen te exploiteren. Is de minster bereid het voortouw te nemen bij het met wortel en tak uitroeien van deze abjecte uitwas van prostitutie?

Onze kinderen luisteren niet meer naar de Carpenters maar kopiëren een nepwereld uit videoclips waarin vrouwen de rol van hoer spelen en mannen die van pooier in een luilekkerland van luxe. U kunt verrast zijn door woorden als “Wanga” en “Tanga”, maar eigenlijk bent u gewoon een ongelooflijk lieve en vreselijk naïeve schat. Heeft u wel eens 300 jongeren collectief zien “schuren” in een discotheek? Het is de normaalste zaak van de wereld tegenwoordig hoor. Sex Sells, liefde kost niks. 

Het is niet dat deze minister niet tot daadkracht in staat is. Dat bewees hij met de behandeling van het Kindgebonden budget. Een kadootje voor de eigen achterban waarvan de kosten oplopen tot over de 1 miljard. Opbrengsten voor de samenleving? Vraagteken. Er zou voor de argeloze belastingbetalers die voor deze grap mogen opdraaien best nog eens een negatief staartje aan het Kindgebonden budget kunnen blijken te zitten. Want het kabinet kiest ervoor juist die gezinnen financieel te faciliteren – arm maar groot – die, in de grote steden, een garantie lijken te zijn voor probleemjongeren. De Partij voor de Vrijheid wil geen geld bij gezinnen wegtrekken, nee, u kunt ons aan uw zijde vinden als u de gezinnen in ons land wat meer lucht en ruimte gunt maar de vormgeving van het Kindgebonden Budget is de verkeerde weg. Het zijn niet de Biblebelters maar vooral de grote gezinnen in de grote steden die kinderen voortbrengen die grote problemen veroorzaken.

Hoe dan ook, misschien kan de minister de voortvarendheid waarmee hij dit royale presentje voor de eigen achterban regelde eens gaan tonen op de rest van zijn portefeuille, want dit land schreeuwt om een doeltreffende aanpak van probleemjongeren.

2e termijn Fleur Agema:

Voorzitter. Minister Rouvoet stelt dat wij op koers liggen. Dat geldt echter niet voor de meest weerzinwekkende uitwas van de jeugdcultuur, de loverboys. Daar heeft minister Rouvoet het nakijken op de ministers van OCW, VWS en Justitie. Eerder debatteerde ik in de Kamer met minister Rouvoet over de term "loverboys". Misschien is die term ongelukkig gekozen, maar wij kunnen niet anders. Wij zouden kunnen spreken van kakkerlakken, viespeuken of mensenhandelaren, maar kennelijk weten de meisjes op scholen dan niet meer over wie wij het hebben en tegen wie wij hen in bescherming willen nemen. Daarom moeten wij maar blijven hangen bij de misplaatste term "loverboys".

Het verschijnsel loverboys woekert onverminderd voort, ten gevolge van een versnipperde en inadequate bestrijding. Dit onderwerp schreeuwt om een strakke, centrale coördinatie. U bent hier aan zet, minister. Het gaat om de uitwassen van uw jongerencultuur. De volkomen normloze Joran van der Sloot ziet het exploiteren van jonge vrouwen als de snelste manier om miljonair te worden. Jaren later worden deze vrouwen als oud vuil afgedankt en langs de weg gezet, om vervangen te worden door nog jongere exemplaren. Zij hebben geen opleiding, geen huis, geen toekomst en geen geld.

Gezien zijn bezorgdheid is het voor de minister voor Jeugd en Gezin een mooie klus bij de bestrijding het voortouw te nemen. Het actief opsporen en streng bestraffen van de daders is een zaak van politie en justitie, maar als wij de bestrijding van loverboys afdoen als een puur justitiële aangelegenheid, zullen wij altijd blijven dweilen met de kraan open. Om het fenomeen loverboy met wortel en tak uit te roeien, is een aanpak nodig waarin preventie, bestrijding en nazorg geïntegreerd zijn tot een geheel. De coördinatie van de totstandkoming van zo'n integrale aanpak is een mooie klus voor deze minister, want hij maakt zich natuurlijk zorgen over, en is verontwaardigd over de uitwassen en de onvrijwillige seks. Ik wil daarom de volgende motie indienen.